Negen jaar nadat hij het Standard verliet voor Sint-Truiden, heeft Lucas Pirard deze zomer de cirkel rondgemaakt. Op 30-jarige leeftijd is de doelman teruggekeerd naar Sclessin met een duidelijke missie: Matthieu Epolo begeleiden en stimuleren, na het pensioen van Laurent Henkinet. Een rol als tweede keeper die hij goed kent, aangezien hij bij clubs als Kortrijk, Beveren en Union Saint-Gilloise nooit definitief de nummer één-positie heeft kunnen bemachtigen. Na meer dan tien seizoenen bij de profs staat zijn teller op 133 gespeelde wedstrijden.
Pirard verbergt niet dat deze status hem soms zwaar is gevallen. «De rol van tweede keeper heeft me vaak dwarsgezeten. Bij Sint-Truiden heb ik het meest gespeeld, en toen ik vertrok, was het altijd moeilijk om een plaats als eerste keeper te vinden. Het is ingewikkeld, maar het smedt karakter, en als ik word opgeroepen, doe ik mijn werk», verklaarde hij deze week tijdens een persconferentie, aan de vooravond van de thuiswedstrijd tegen... Sint-Truiden, de club die hem de deur naar de elite had geopend.
Meerdere keren heeft hij overwogen om een stapje terug te doen om meer speeltijd te krijgen. «Ja, ik heb erover gedacht om een niveau lager te gaan om meer speeltijd te krijgen. Maar ik heb vaak mogelijkheden gehad in Eerste Klasse, en ik wilde in Eerste Klasse blijven in de hoop ooit nog eens eerste keeper te worden. Ik heb altijd gevochten alsof ik zou spelen, dat is mijn doel. En als ik goed presteer, gaat Matthieu (Epolo) er ook op vooruit, het is een wisselwerking.»
Zijn terugkeer naar Standard had trouwens veel eerder kunnen plaatsvinden. Vorige zomer werd hij benaderd door Marc Wilmots, maar de club had hem al tijdens het vorige seizoen op het oog, voor de verandering van leiding. «Ik had al in januari vorig jaar kunnen komen. Dat is niet doorgegaan, Kortrijk wilde niet. Er waren nieuwe contacten rond maart om aan het begin van het seizoen te komen, en toen was er even later een nieuwe leiding.»
Hij dacht toen dat de Luikse optie definitief van de baan was en had andere mogelijkheden verkend. «In mijn hoofd was het afgelopen. Ik heb andere opties onderzocht, en van de ene op de andere dag kreeg ik een telefoontje met het voorstel om terug te keren. Mijn doel was om terug te keren, voor mijn familie en mijn kinderen die hier zijn. Ik voelde ook dat er iets was dat ik nog niet had afgerond.»













