Na de overtuigende 3-0 zege van Arsenal tegen Nottingham Forest zaterdag, keken de Londenaars gespannen naar Turf Moor in de hoop dat Liverpool, hun grootste rivaal in de titelstrijd, punten zou laten liggen. Maar de ploeg van Jürgen Klopp, die Arsenal voor de interlandbreak al versloeg op Anfield (1-0) dankzij een snoeiharde vrije trap van Dominik Szoboszlai, beet zich ondanks een flink overwicht stuk op een dapper Burnley. Alles veranderde echter in de blessuretijd: Salah benutte een strafschop met overtuiging (0-1).
Burnley, dat sinds de 84e minuut met tien man speelde na een tweede gele kaart voor Lesley Ugochokwu, hield stand tot het einde. Toch ging het alsnog mis door een ongelukkige en moeilijk te verklaren handsbal van Hannibal Mejbri. De Tunesische international, die in de 63e minuut was ingevallen, draaide zich weg bij een voorzet van Jeremie Frimpong, waarbij zijn elleboog de bal van richting veranderde (90+5).
37 opeenvolgende Premier League-duels met minstens één doelpunt
Liverpool had het moeilijk, maar sleepte net als in zijn eerste drie overwinningen opnieuw de zege uit het vuur. De Fransen Ibrahima Konaté (12e minuut) en Hugo Ekitike (40e minuut) zorgden voor de grootste dreiging in de eerste helft. Ook na rust bleef het doel van Martin Dubravka onder vuur, maar noch Florian Wirtz (55e), noch Szoboszlai (58e) of Frimpong (90+3) wisten te scoren. Zoals zo vaak kroop Salah in de rol van redder.
Het scenario is ideaal in aanloop naar de start van de Champions League, woensdagavond (21.00 uur) tegen Atlético Madrid. Met 12 punten uit 4 Premier League-duels houden de Reds een moordend tempo aan. Bovendien blijft hun indrukwekkende reeks overeind: al 37 opeenvolgende competitiewedstrijden met minstens één doelpunt. Het record van Arsenal (55 tussen mei 2001 en november 2002) komt langzaam dichterbij.