Standard beleefde een avond die symbool staat voor hun eerste seizoenhelft: kleurloos, frustrerend en zonder glans. Onvermogen om ook maar enige dreiging te creëren tegen Zulte Waregem, de Rouches leken eindeloos te kunnen doorspelen zonder te scoren. Een steriele dominantie, een offensieve impotentie die opnieuw opviel tijdens dit trieste 0-0 gelijkspel.
Dit doelloze gelijkspel benadrukt twee realiteiten. Enerzijds is dit team in staat tot extreme wisselvalligheid: het ene weekend zeer goed, het volgende zeer slecht. Anderzijds is de cijfermatige uitkomst meedogenloos: met slechts 18 punten uit 45 mogelijke, kent Standard zijn slechtste eerste seizoenhelft in een decennium. En wetende dat doorgaans ongeveer 45 punten nodig zijn om de Top 6 te halen, is de achterstand enorm.
Vincent Euvrard, trouw aan zijn ongezouten discours, zocht geen excuses na de wedstrijd: «Al met al was het een teleurstellende avond, waarbij we ons spel niet konden ontwikkelen tegen Waregem, terwijl we met 11 tegen 10 speelden. Er waren twee grote momenten waarop we de wedstrijd hadden kunnen openbreken, en dan was het einde waarschijnlijk anders geweest. Hebben we misschien wat creativiteit gemist? Zeker. We moeten dodelijker zijn en meer honger tonen in het strafschopgebied.»
Het gebrek aan offensief elan begon Sclessin te irriteren, waar bij de eindsignaal enkele fluitconcerten klonken. Ook hier bagatelliseerde Euvrard niet: «De fluitconcerten begrijp ik. We hebben te weinig laten zien om de supporters te enthousiasmeren. In andere wedstrijden wisten we het stadion wel te laten vibreren, dus dat ze nu fluiten, is normaal. Op dit moment mogen we niet aan de Top 6 denken, want ons niveau rechtvaardigt niet dat we in de Top 6 horen. Het is niet genoeg, we scoren te weinig doelpunten. Vandaag is het zelfs niet gepast om over de Top 6 te praten. We zijn Standard, we moeten snel verbeteren en Sclessin weer laten vibreren.»
Voorlopig blijven de Luikenaars steken op de 10e plaats, vastgezet in het middenveld van het klassement.













