Maandagavond werd de top 30 van het klassement voor de meest prestigieuze individuele prijs bekendgemaakt, en het was PSG-aanvaller Ousmane Dembélé die werd bekroond, voor Lamine Yamal en Vitinha. Zijn overwinning kwam niet als een verrassing en roept weinig discussie op, net als het podium trouwens. Maar de rest van de top 30 zorgt zoals altijd voor heel wat inkt op papier. Volgens ons zijn dit de vijf grootste anomalieën in het klassement.
Achraf Hakimi 6de
Hij had een legitieme kandidaat voor het podium kunnen zijn, en misschien zelfs voor de Ballon d’Or. Met 11 doelpunten en 16 assists vorig seizoen, terwijl hij ook defensief zijn werk uitstekend deed, heeft Hakimi zich opgewerkt tot de beste rechtsback ter wereld. Hij won alle mogelijke trofeeën en scoorde in de kwartfinale, halve finale én finale van de Champions League. Volgens de hoofdredacteur van France Football, Vincent Garcia, kreeg hij zelfs stemmen om de Ballon d’Or te winnen. De zesde plaats is dus erg streng voor de voormalige Madrileen, die waarschijnlijk nadeel ondervond van het feit dat er veel Parijse spelers in de top 10 stonden.
Cole Palmer 8ste
Na een zeer sterke seizoensstart bleef Cole Palmer tussen januari en mei volledig droog staan: vier maanden zonder één enkel doelpunt, een periode die samenviel met de inzinking van Chelsea, dat vierde eindigde in de Premier League. De Engelse international heeft zijn plaats in de ranglijst vooral te danken aan Chelsea’s successen in de Conference League en het WK voor clubs, toch eerder secundaire trofeeën. Hem in de top 10 zien staan, is naar onze mening veel te royaal, zeker wanneer je kijkt naar de namen die achter hem eindigen.
Pedri 11de
Hij was vorig seizoen een van de allerbeste spelers van Barça en volgens sommigen zelfs de beste middenvelder ter wereld. Maar Pedri had wellicht last van de enorme aandacht rond Lamine Yamal, het feit dat hij geen “statistieken-speler” is en de uitschakeling van Barça tegen Inter in de halve finale van de Champions League. Hoe dan ook: een speler van zijn kaliber buiten de top 10 laten, is een anomalie…
Vinicius 16de
Ook al zijn zijn cijfers degelijk, met 22 doelpunten en 19 assists in alle competities, Vinicius presteerde ver onder de verwachtingen in een disfunctioneel Real Madrid. Zijn prestaties bleven ver achter bij zijn gebruikelijke standaard en ook de collectieve resultaten spraken niet in zijn voordeel. Voor sommigen was zijn aanwezigheid in de top 30 al een verrassing. Dat hij 16e eindigt, dankt de Braziliaan waarschijnlijk aan zijn populariteit en aan het feit dat hij vorig jaar de Ballon d’Or op een haar na misliep ten voordele van Rodri…
Virgil van Dijk 28ste
Hij was de leider van de Premier League-kampioen vorig seizoen. Virgil van Dijk bleef defensief ongenaakbaar in een uitstekend Liverpool, dat kampioen van Engeland werd en in de achtste finales van de Champions League pas na strafschoppen werd uitgeschakeld door de latere Europese kampioen. Gezien de vierde plaats van zijn ploeggenoot Mohamed Salah, beweren we niet dat de Nederlander in de top 5 thuishoorde, of zelfs in de top 10. Maar hem op de 28e plaats zetten, terwijl hij misschien wel de beste centrale verdediger ter wereld was in het seizoen 2024-2025… We merken bovendien op dat er geen enkele centrale verdediger vóór hem staat in de ranglijst. Dat toont nog maar eens het disfunctioneren en het onevenwicht van een trofee als de Ballon d’Or.